Pijnstilling

Pijnstilling

Veel vrouwen denken bij pijnstilling direct aan medicatie zoals een ruggenprik of “een pompje”. Toch is het lichaam heel goed in staat om zelf pijnstillers aan te maken. De pijnstillende stoffen die het lichaam zelf aanmaakt, heten endorfines. Endorfines zijn bijvoorbeeld ook de stoffen die je aanmaakt na het hardlopen, als je chocola eet of als je verliefd bent.

Tijdens een bevalling maak je ook oxytocine aan. Oxytocine is niet alleen het bekende knuffelhormoon. Het is ook een hormoon wat wordt aangemaakt tijdens de bevalling zodat je weeën krijgt. Na de bevalling wordt het tijdens de borstvoeding aangemaakt wat voor het toeschietreflex van melk zorgt.

Tijdens de bevalling zijn er methoden die de aanmaak van endorfines en/of de aanmaak van oxytocine bevorderen.

Soms is afleiding zoeken, douchen of het gebruik van een TENS-apparaat niet voldoende. Pijnstilling door middel van medicatie is dan noodzakelijk. Hiervoor moet je altijd naar het ziekenhuis. De bevalling wordt dan verder begeleidt door de verloskundige van het ziekenhuis, de arts-assistent of de gynaecoloog.

Zonder medicatie omgaan met de pijn
Doe een cursus

Goede voorbereiding is het halve werk. Bewust zijn van wat er met je lichaam gebeurt, maakt dat je tijdens de bevalling rustiger kunt blijven. Je begrijpt beter wat elke fase in de bevalling als doel heeft en welke fasen er nog gaan komen. Tijdens een cursus krijg je dan ook handvatten hoe je in elke fase met de pijn kunt omgaan en hoe je partner je hierbij kan ondersteunen.

Afleiding

Zorg dat je afleiding hebt. Focus je op iets anders dan de pijn van de weeën. Door te gaan wachten op de volgende wee, ervaar je de pijn meer en duurt de bevalling voor je gevoel langer. De volgende dingen kun je proberen om afleiding te krijgen:

  • Kijk tv of luister muziek. Je kunt je gedachten verzetten en of naar fijne muziek luisteren.
  • Bak een appeltaart, bananenbrood of ovenschotels die je kunt invriezen (scheelt koken in de eerste week!)
  • Let op je ademhaling. Door je tijdens een wee te focussen op je ademhaling (denk aan puffen of rustig uit te ademen) heb je afleiding. Het zorgt er ook voor dat je ademhaling rustig blijft
  • Zorg voor een omgeving waar je een prettig gevoel krijgt. Gedimd licht, een fijne temperatuur, zachte muziek. Probeer zo voor jezelf ontspanning te creëren.
Houdingen

Zorg dat je wisselt van houding. Het ene moment is het fijn om even te staan maar het volgende moment kan een houding op handen en knieën fijn zijn. Het wisselen van houdingen zorgt er voor dat jij zelf controle houdt. Sommige houdingen kunnen zorgen voor versnelling van de geboorte, bijvoorbeeld met je bekken en heupen te bewegen. Andere houdingen zorgen ervoor dat je de pijn minder ervaart. In de folder Bevalhoudingen kun je zien welke houdingen er allemaal mogelijk zijn, óók tijdens het persen.

Massage

Kerstin Moberg is een Zweedse professor die ontdekte dat de massage een positief effect hebben op de hormoonhuishouding. Zij ontdekte dat je tijdens een massage een toename hebt van de stoffen oxytocine, serotonine (rustgevend) en endorfines. Precies die hormonen die een belangrijke rol spelen bij een bevalling. Je partner kan je masseren op je rug, nek maar ook op je armen en benen. Het hoeft geen stevige massage te zijn maar rustige aanrakingen die jij prettig vind zijn al voldoende. Door je te focussen op de aanrakingen heb je ook afleiding. Kerstin Moberg schreef verschillende boeken over oxytocine.

Bad of douche

Warm water zorgt vaak voor betere ontspanning. Hierdoor zul je de pijn minder ervaren. Het warme water werkt pijnstillend. Daarnaast blijkt dat vrouwen die in bad of onder de douche hun weeën opvangen, iets sneller over hun bevalling doen. Door de warmte gaan de grote bloedvaten rondom de baarmoeder open staan. Hierdoor kan de baarmoeder beter weeën maken. Kortom, een tweeledige werking! Het beste is om niet constant in bad te zitten of te douchen. De pijnstillende werking neemt na 1-1,5 uur af. Ga er even kort uit om daarna weer gebruik te maken van het warme water.

TENS-apparaat

Een TENS-apparaat geeft kleine stroomstootjes. Vanuit het apparaat gaan draadjes die verbonden zijn met plakelektroden op de rug. De stroomstootjes geven afleiding van de pijn. Er zijn ook apparaten met meerdere functies zoals een masserende werking. Je kunt zelf de intensiteit instellen. Hierdoor hou je zelf de controle.De TENS is niet gevaarlijk voor jou of de baby. Niet bij iedereen werkt het voldoende maar het kan het proberen waard zijn.

Lachgas

Lachgas is een pijnstilling die medicinaal is en in het ziekenhuis wordt toegediend. Dit is de enige vorm van medicinale pijnstilling waarbij je alsnog door ons kunt worden begeleid. Wij zijn opgeleid om lachgas toe te dienen. Echter, niet elk ziekenhuis heeft lachgas tot zijn beschikking. Lachgas kan toegediend worden in het Bevalcentrum Amsterdam,of in het Amstelland Ziekenhuis Amstelveen. Er komen wel extra kosten bij de bevalling. Meestal worden die vergoedt door de zorgverzekeraar. Bekijk hiervoor je polisvoorwaarden.

Voordelen van lachgas:

  • Lachgas werkt goed om te ontspannen en de pijn te verminderen
  • Er zijn geen risico’s voor de baby
  • Het werkt zeer snel, al na 1 minuut. Het is ook weer snel uit je lijf
  • Er zijn geen extra controles vooraf nodig. Hierdoor kan het ook direct toegediend worden
  • Je maakt de bevalling bewust mee
  • Je kan met je eigen verloskundige bevallen

Nadelen van lachgas

  • Je kunt niet rondlopen met lachgas
  • Lachgas kan bijwerkingen hebben. Soms word je duizelig, misselijk of suf. Dan wordt de lachgas(tijdelijk) stop gezet
  • Bij lachgas zit je gekoppeld aan een afzuigsysteem, je mobiliteit wordt dus beperkt door buizen/slangen.

Pijnstilling met medicatie

Voor een ruggenprik en een pompje (Remifentanil) is extra zorg nodig. Alvorens je één van de twee soorten toegediend krijgt, zal er altijd een CTG (hartfilmpje van de baby) gemaakt worden. Dit houdt in dat je naast de rit naar het ziekenhuis eerst nog 30-45 minuten moet wachten op het resultaat van het CTG. Het CTG is bedoeld om een beeld te krijgen van de conditie van de baby vóór toediening en ná de toediening van de pijnstilling. Hieronder bespreken we de twee soorten pijnstillers.

Remifentanil (-pompje)

Sinds een aantal jaren is Remifentanil een pijnstiller die tijdens de bevalling wordt gebruikt. Het is een snelwerkende morfinepreparaat. Door middel van een pompje kun je jezelf steeds kleine hoeveelheden pijnstilling toedienen. Deze manier van pijnstilling wordt met name gebruikt in de laatste fase van de ontsluiting.

Uiteraard wordt de toediening gedaan via een beveiligd systeem waardoor je jezelf niet kunt overdoseren. Daarnaast mag alleen de zwangere de knop bedienen en niet anderen zoals een partner of verloskundige. Dit is ook om overdosering te voorkomen. De ene vrouw heeft minder van Remifentanil nodig dan de andere. Het is de eerste keren even uitproberen wanneer je moet drukken. De pijnstiller werkt na een aantal seconden waardoor je er langzaam achter komt welk moment voor jou het beste werkt. Je moet dus niet drukken bij aanvang van de wee maar tijdens de rust tussen de weeën door.

Omdat deze morfinepreparaat bijwerkingen kan hebben, wordt eerst een hartfilmpje (CTG) gemaakt van de baby. Het CTG blijft gedurende de hele bevalling zitten. Daarnaast controleren de verpleegkundige en/of verloskundige jouw conditie door een soort knijpertje op je vinger om je zuurstofgehalte in je bloed te meten. Je ademhaling en je bloeddruk worden constant in de gaten gehouden. Het eerste uur blijft er ook iemand op de kamer om te kijken hoe je reageert op de Remifentanil. Sommige bijwerkingen bij de moeder kunnen ook van invloed zijn op de conditie van de baby.

Voordelen van Remifentanil

  • Het werkt snel in. Na enkele minuten merk je al dat het goed inwerkt.
  • Het is snel uit je lichaam.
  • Het kan geregeld worden zonder anesthesist (en dus sneller beschikbaar)
  • Het is een goede pijnstiller.
  • Jij hebt zelf de regie over wanneer je drukt.

Nadelen van Remifentanil

  • Staan is niet meer mogelijk omdat je suf/slaperig wordt na de toediening.
  • Er zijn verschillende bijwerkingen zoals sufheid, misselijkheid of oppervlakkige ademhaling. Alles wordt goed in de gaten gehouden. Soms is er extra zuurstof nodig.
  • Sommige vrouwen ervaren het suf en slaperig worden achteraf niet als prettig omdat ze delen van de bevalling kwijt zijn.
  • Door alle apparatuur is de bewegingsvrijheid ook beperkt.
Epidurale pijnstilling (ruggenprik)

Tijdens een bevalling kun je ook kiezen voor epidurale pijnbestrijding. Bij een keizersnede gebruikt men een andere vorm, de spinale anesthesie. Beide zijn een vorm van een ruggenprik.

Als we het hebben over een ruggenprik bij de bevalling dan hebben we het over de epidurale vorm. Een anesthesist is nodig om een ruggenprik te zetten. Deze arts brengt een slangetje in via de rug naar de zenuwen van de baarmoeder en bekkenbodem. Door de zenuwen tijdelijk stil te leggen, kunnen deze geen pijnprikkel meer geven. Hierdoor voel je geen pijn meer tijdens de weeën.

Voor de toediening wordt er een hartfilmpje van de baby gemaakt (CTG). Dit is nodig om de conditie van de baby te weten voor en na de toediening van de ruggenprik. Het CTG blijft gedurende de hele bevalling zitten. Er wordt ook een infuus gegeven voor extra vocht zodat je bloeddruk goed blijft. Door middel van apparatuur wordt de bloeddruk, hartslag en het zuurstofgehalte met regelmaat gecontroleerd. Omdat het gebied bekkenbodem ook verdoofd is, voel je geen aandrang meer om te plassen. Je krijgt tijdelijk een katheter die je blaas leegt.

In de meeste ziekenhuizen komt de anesthesist naar de verloskamers. In andere ziekenhuizen moet je naar de uitslaapkamer van het ziekenhuis. De anesthesist vraagt je om voorover gebogen te zitten en je rug bol te maken. Zo wordt de ruimte tussen de wervels beter bereikbaar. Ze steriliseren en verdoven eerst de huid van de rug. De verdovingsprik van de huid is kort. Zo voel je het inbrengen van het slangetje niet meer. Vervolgens wordt de katheter, het dunne slangetje, ingebracht in de huid naar de epidurale ruimte tussen de wervels. Door het slangetje gaat een kleine hoeveelheid verdovingsvloeistof die continu wordt afgegeven. Het duurt ongeveer 15 minuten voor je effect merkt.

Voordelen van een ruggenprik

  • Het is de meeste effectieve vorm van pijnstilling. Veel vrouwen ervaren geen pijn meer. De meeste vrouwen voelen de weeën nog wel maar is de pijn zeer gering. Dit is met name op het hoogtepunt van de wee dat de aanspanning van de baarmoeder gevoeld wordt.
  • Je wordt niet suf en bent dus constant goed bij. Dit kan positief zijn op het ervaren van de bevalling.
  • Als de ontsluiting traag verloopt, helpt een ruggenprik vaak om weer even bij te komen. Sommige vrouwen kunnen zelf nog enkele uren slapen en zijn zo meer uitgerust voor het laatste stuk.

Nadelen van een ruggenprik

  • Bewegen is niet meer mogelijk doordat je benen zijn verdoofd.
  • Het kan zijn dat het even duurt voordat een anesthesist tijd heeft om de ruggenprik te plaatsen.
  • Voor het persen wordt de verdovingsvloeistof stop gezet zodat je de persdrang goed voelt. Soms duurt dit even waardoor het persen wat langer kan duren. De kans op een vacuümpompverlossing is dan ook iets groter na een ruggenprik.
  • Bij ongeveer 10% van de vrouwen werkt de ruggenprik onvoldoende. Er kan gekeken worden of hij goed zit maar soms moet het opnieuw geprikt worden
  • Het kan zijn dat de bevalling wat langer duurt doordat je weeën minder krachtig zijn. Je krijgt dan medicatie via een infuus
  • Je kunt een bloeddrukdaling krijgen als bijwerking. Door het infuus met vocht wordt dit al op voorhand bestreden.Soms gebeurt het toch. Het kan zijn dat je daar niet lekker van wordt. Medicatie via het infuus kan de bloeddruk weer laten stijgen. In zeldzame gevallen krijgt de baby ook last de daling en is een keizersnede noodzakelijk.
  • Als bijwerking kan koorts ontstaan. Er is vaak niet te onderscheiden of dit komt door een bijwerking van de ruggenprik of dat er een infectie is die zorgt dat je koorts ontwikkelt. Vaak wordt er antibiotica gegeven uit voorzorg. Achteraf kan blijken dat je dit kreeg zonder dat er een infectie is. Soms krijgt de baby ook uit voorzorg antibiotica na de geboorte. De baby wordt dan opgenomen op de couveuse-afdeling
  • Door het aanprikken hersenvlies rondom de plek waar de ruggenprik zit, kan er hoofdpijn ontstaan. Dit treedt vaak op na de bevalling. Het is een onschuldige bijwerking maar kan erg vervelend zijn in het kraambed.

In de folder Hoe ga je om met de pijn? kun je nog meer informatie vinden. Daarnaast heeft bijna ieder ziekenhuis een folder over pijnstilling op hun website staan.